Afbeelding
Bruggenkaart Markkanaal en Wilhelminakanaal
Nederlandse stafkaart Breda (44WO/50WO) 1:50.000. Indicatie van bruggenstatus (met voorbehoud bij de Goorse brug - wel of niet vernield in mei 1940). Resultaat van de samenwerking tussen Stichting Kennispunt en dhr. E. Verhoeve inzake bruggen in Noord-Brabant (op de route van de 9e Panzer Division) en hun lot in de meidagen van 1940.
Het Wilhelminakanaal en Markkanaal (tussen Mark en Wilhelminakanaal) waren vergeven van de bruggen. Ze werden allemaal bewaakt door piepkleine detachementen Nederlandse grenstroepen (merendeels van 3.GB) en op enkele locaties enige Franse motorhuzaren detachementen. Voor de Duitse opmarsroute lagen vele bruggen op strategische punten.
De vernieling van alle bruggen was vooroorlogs al voorbereid onder leiding van een Opzichter van Fortificati n, zoals vooroorlogs genie-vakofficieren werden genoemd. Deze waren aangesteld in regio's, waar ze de voorbereiding der vernielingen zorgvuldig ontwierpen en lieten uitvoeren. Dat was ook met de bruggen over de beide kanalen gebeurd.
Van de wederwaardigheden rond de bruggen is nauwelijks iets bekend geworden. In een enkel geval was er een andere gebeurtenis, zoals het neerstorten van een Ju-52 nabij Vraggelen (Vrachelen), dat de bezetting van een zekere brug inzichtelijk maakte omdat door zo'n voorval de betrokkenen door defensie werden gehoord. In de meeste gevallen was er echter geen nadere inventarisatie gemaakt van de gebeurtenissen, mede omdat onderofficieren en officieren vaak ontbraken. De meeste bruggen hadden maar een bezetting van twee of drie man, soms niet eens een korporaal als plaatselijk commandant. Het was minimaal geregeld. Zo ver in het achterland verwachtte men dit in tweede instantie wel goed te regelen. Wat wist men van oorlogschaos?
Die chaos zorgde ervoor dat menig brug of op het laatste nippertje of zelfs niet werd vernield. De grote bruggen over de Donge bij Raamsdonkveer werden in het geheel niet opgeblazen en geen spoor van een ploeg die het had moeten doen. Twee secties infanterie van 3.GB bij de PNEM centrale in Geertruidenberg trokken in de avond van 12 mei weg van de centrale, wisten de Duitsers aan de overzijde van de Donge, maar waren voor de bruggen niet verantwoordelijk. Zo vielen ze onvernield in Duitse handen. De bruggen bij Oosterhout, met name die over de sluizen, waren snel hersteld door de geijkte truc om er enige platbodems onder te varen en daar een los brugdek over te leggen.
De grote verkeersbrug bij Terheijden was op 11 mei al de lucht in gegaan. Niemand weet precies hoe. Een zenuwachtige Nederlandse ploeg, Fransen of toch die Duitse bom die er door de Franse geschiedschrijvers aansprakelijk voor werd gehouden de brug te doen laten springen. Zeker is dat de Duitse pioniers van Pz.Pi.Btl.86 op 13 mei al een overgang naast de opgeblazen brug aanlegden en zo de hoofdmacht der Duitsers via zowel Terheijden als Geertruidenberg richting Moerdijkbruggen kon rijden.
De verkeersbrug (1938) en spoorbrug bij Nieuw(e) Veer - thans A16 - waren ook niet opgeblazen, zo lijkt het. De meest prominente bruggen in de omgeving. Toch zijn wij er niet in geslaagd om enig beeld te krijgen welke Nederlanders deze bruggen hadden moeten opblazen. We weten dat er tot 12 mei vroeg op de avond Fransen aan de brug zaten, zelfs een commandopost bij het Nieuwe Veer zat van een Franse overste (vermoedelijk Lestoquoi). Ook was toen de sectie Scheijgrond van 6.GB nabij. Allen trokken in de avond van 12 mei terug, niemand blies de bruggen op. Maar wie zaten er toen nog om dit wel te doen? Het is een raadsel dat we tot op heden niet hebben kunnen oplossen. Alle tips zijn welkom!
» Bekijk in hoge(re) kwaliteit (wordt geopend in nieuw venster, bestandsgrootte 2313.96 KB)